Nu eerst een stukje algemene info over de rw-motor:
De ruitewissermotor algemeen
Nog niet zo lang geleden werden ruitewissermotoren zo geconstrueerd dat er maar een snelheid mogelijk was. Ook kon de ruitewisser in iedere stand worden stilgezet zodat het wisserblad het zichtveld kon belemmeren. Dit heeft geleid tot motoren met een parkeerstand. De wisserarmen lopen dan door tot het einde van de wishoek,ondanks dat de schakelaar op uit staat. Het is hierbij belangrijk dat het anker meteen stilstaat als de motor uitgeschakeld wordt.
Later kreeg men behoefte aan ruitewissermotoren met twee snelheden.Men gebruikte hiervoor motoren met een permanente magneet en drie koolborstels.
Als we kijken welke ruitewissermotoren er nu op de markt zijn, dan treffen we vrijwel alleen motoren aan met een permanent magnetisch veld.
Om het door de ruitewissermotor geproduceerde lawaai zoveel mogelijk te beperken maakt men nu veelvuldig gebruik van wormwielaandrijving. Een ander voordeel van dit mechanisme is dat men bij gelijk aantal onderdelen een groter vertraging kan krijgen dan bij tandwielen.
Bij motoren met permanent magnetisch veld wordt het afremmen veroorzaakt door kortsluiting in het anker. Als we de ruitewissermotor uitschakelen, blijft het anker door zijn massa in beweging toch nog doordraaien in een permanent magnetisch veld.
Hier gedraagt het anker zich als dynamo-anker en wordt er een spanning opgewekt die tegengesteld gericht is aan de oorspronkelijk aangelegde spanning. Als wij deze spanning gaan kortsluiten, zal er in het ankertje een hoge kortsluitstroom gaan vloeien. Deze veroorzaakt een lorentz-kracht, die dan ook tegengesteld gericht is aan de oorspronkelijke lorentz-kracht.
Het koppel dat nu ontstaat, is dan ook tegengesteld gericht en het anker zal dan ook snel stoppen.
Op het grote tandwiel van de uitgaande as zit een geleidende plaat gemonteerd met uitsparingen, welke gevuld zijn met isolatiemateriaal.
De drie stripjes a, b en c zorgen ervoor dat als de motor wordt uitgeschakeld, eerst de motor doorblijft draaien via strip c, geleidende plaat en b.
Als echter stripje c op het isolerende deel komt, wordt de voedingspanning onderbroken.
De motor draait nu door zijn massatraagheid door. Nu worden via de geleidende plaat stripje a en stripje b met elkaar verbonden. Omdat stripje a via de schakelaar met de massa is verbonden, wordt het anker kortgesloten.

Over naar de spider.
Als we nu naar het elektrisch schema van de spider kijken, dan verteld het schema, dat strip a is een permanente massa is, dat de massa via de schakelaar in de 0-stand verbonden is met strip b en strip c is een geschakelde plus in de 0-stand. Dit is dus anders dan het algemene schema hierboven.
Aangezien ik niet zo handig ben met elektra vraag ik mij dan af, gaat dit werken?
Het heeft gewerkt, dus het zal idd wel werken.
Mijn probleem is, zodra ik de schakelaar uit zet, dan stopt de ruitewisser, oftewel, er is geen stroom in de 0-stand. Nu heb ik volgens mij geen massa op strip b, dat zou dan betekenen, dat ik de betreffende draad weer aan de massa moet knopen?
Wat echter gek is, is dat als de motor loopt op stand 1 of 2 ik positieve spanning meet op strip b en strip c, beide een plus, waarbij b steeds onderbroken wordt, maar dat is logisch, want b en c zijn weer verbonden via de schijf en die is onderbroken(zie plaatje boven).
Kijkend, naar het plaatje boven klopt dat wel, echter, dat kan ik niet rijmen met een permanente massa op a...., dan maakt de boel toch elke keer kortsluiting? En dat was nou net niet de bedoeling...
Het meest logische zou zijn, dat ik idd een massa mis, maar ik ben er niet zeker van dat ik op strip b een massa kan aansluiten, want gevoelsmatig sluit ik de boel dan kort...
Welke elektrotechneut helpt mij uit de brand!
Het schema van de spider is hier te bekijken:
http://img23.imageshack.us/my.php?image ... al2425.jpg