BANDEN:
Op een band staan eigenlijk 2 codes die van belang zijn. Dit is de maat, en de DOT-code. Zowel de de maat als de DOT-code worden weergegeven met een vaste reeks getallen.
Toelichting maat:
De maten van de band worden altijd aangeduid op de volgende manier:
195/50/R15 88H
A / B /CD EF
A= [Breedte van de band in millimeters]
B= [Hoogte band in percentage tot de breedte van de band]
C= [Staat voor "Radiale opbouw van de band]
D= [Diameter v.d. velg waar de band om gemonteerd kan worden in Inch's (1 inch = 25.4 mm)]
E= [Belastingsindex gecodeerd]
F= [Maximale snelheid gecodeerd]
195/50/R15 88H betekend dus:
De breedte van de band = 195 mm
De hoogte van de band is 50% van 195mm = 97.5 mm
De band heeft een radiale opbouw
De diameter v.d. velg waar de band om gemonteerd kan worden is 15 inch = 381 mm
De belastingsindex van de band moet m.b.v. van de code ( 88 ) in een tabel opgezocht worden.
De snelheid die de band aankan moet m.b.v. codering (H) in een tabel opgezocht worden.
Toelichting DOT-code:
De zogenaamde DOT-code die op de band aangegeven wordt, geeft aan wanneer de band geproduceerd is. Voor banden die na 2000 geproduceerd zijn bestaat deze code uit een 4-tal cijfers. De eerste twee cijfers geven de productiemaand aan, de laatste twee cijfers het productiejaar (20xx).
Voorbeelden daarvan zijn dus:
2102 (week 21 2002)
0900 (week 09 2000)
5204 (week 52 2004)
DOT-codes op banden geproduceerd in 1980 bestaan maar uit drie cijfers. Hierbij geldt dat de eerste twee cijfers staan voor de productieweek, en het laatste cijfer voor het productie jaar (198x)
Voorbeelden daarvan zijn:
019 (week 01 1989)
221 (week 22 1981)
385 (week 38 1985)
In 1990 werd er achter de drie-cijferige DOT-code nog eens een driehoekje toegevoegd. Dit is dus het herkenningspunt voor banden geproduceerd in de jaren 90.
Voorbeelden daarvan zijn:
019∆ (week 01 1999)
221∆ (week 22 1991)
385∆ (week 38 1995)
VELGEN:
Bij velgen zijn er een aantal zaken die er toe doen:
• De J-waarde
• De ET-waarde
• De naafdiameter
• De steekmaat
• Het aantal boutgaten
De J-waarde:
De J is een indicatie van de vorm van de velgrand. Het getal ervoor geeft de breedte van de velg aan, gemeten vanaf de binnenkant van beide velgranden. Precies de plek waar de band tussen past dus. 5,5J is 5,5 inch breed. De J-waarde (of andere letter) staat op je velg aangegeven.
De ET waarde:
De ET-waarde geeft de ruimte aan tussen de het contactpunt met de naaf waar het wiel tegenaan wordt geschroefd, en het middelpunt van de velg. Het middelpunt van de velg is dus precies de halve velgbreedte gemeten in inches (xJ).
De regel bij de ET-waarde is: Hoe lager de ET-waarde, hoe meer de velg naar buiten steekt. De ET-waarde wordt gegeven in milimeters.
De naafbreedte:
De naafbreedte van de velg moet overeen komen met de naafbreedte van de naaf op de auto. Dit voorkomt dat de velg alleen maar leunt in zijn wielbouten.
De steekmaat:
De steekmaat houdt de maat in tussen de wielbouten. In geval van 4 bouten is dat makkelijk op te meten door de ruimte tussen 2 tegenoverstaande bouten op te meten. In geval van 5 bouten zal men een cirkel door alle boutgaten moeten tekenen, en vervolgens de diameter van de cirkel als steekmaat moeten nemen. De steek van een velg wordt vaak uitgedrukt als bijvoorbeeld 4x100. Dit betekend dat de velg voorzien is van 4 gaten, die 100mm tegenover elkaar liggen.
